Ons verblijf in Suriname zit er op. Straks nemen we het vliegtuig. Omdat ik hier wil blijven, probeer ik hier nog snel een job te vinden. Tja, zonder een inkomen zal het niet lukken. Ook dat is nu eenmaal een realiteit, in Suriname zoals in Vlaanderen.
Ik kan het nogal goed uitleggen. Misschien is een job als verkoper hier wel iets voor mij. Denkend aan de wereldhit van Eddy Wally, the Voice of Europe, trek ik naar de markt. Algauw mag ik het eens proberen.
Doordat ik niet alle fruit bij naam ken, de prijzen per kilo niet snel genoeg kan omrekenen en niet alle inheemse talen vloeiend spreek, loopt mijn stage met een sisser af. Tja, misschien ben ik toch niet als Surinaamse marktkramer geboren.
Dan maar over een andere boeg gooien, denk ik. Daar ik diensthoofd ben kan ik goed delegeren. Andere mensen aan het werk houden! Tja, iedereen heeft zo zijn vaardigheden! Op de dichtsbijzijnde koffieplantage solliciteer ik voor Hollandse koloniale slavendrijver. Dit is echt iets voor mij. Vooral het paraderen door de tropische koffietuin, gaat me goed af.
Terwijl ik bloemen pluk voor mijn ruiker waarmee ik mijn hemd wil opsmukken, wordt ik echter opgeschrikt door een giftige adder. Ik doe het bijna in mijn broek van de schrik. Als een hysterisch kind loop ik zo snel ik kan van de plantage heen. Neen, Hollandse slavendrijver, ofschoon ik de taal wel machtig ben, is ook al niets voor mij.
Het vinden van de ideale job is dus toch moeilijker dan gedacht. Ik hou het voor bekeken. Ik kom terug naar huis. Ik kan me best toch nuttig maken voor de gemeente Koksijde. Hopelijk kloppen de berichten dat aldaar het mooie weer gekomen is!